Vergelijking: Soennieten in Iran vs. Sjiieten in Saudi-Arabië.
Info: Nationale Iraanse mediabronnen publiceren regelmatig artikelen die claimen dat de Iraanse soennieten het beter hebben dan de Saudische sjiieten. Iedereen met (onofficiële) contacten binnen die landen weet dat deze bewering ongegrond is. Dit artikel zal zich slechts richten op de behandeling van de burgers door beide overheden. Slechts controleerbare feiten zullen naar voren worden geschoven.
Republiek en Koninkrijk:
De republiek en koninkrijk zijn twee welbekende staatsvormen die vele staten hanteren.
“Islamitische Republiek Iran”:
Wanneer de termen “republiek” en “Islamitische” in een verband worden opgenoemd, zou dat feitelijk gezien willen zeggen dat de Islamitische overheid erop ziet dat er in dat land Islamitische regels gelden. De burgelijke en religieuze rechten van minderheden zouden moeten worden beschermd, en iedereen die deze minderheden onrecht aandoet zou ervoor moeten worden gestraft.
De term “Koninkrijk” doelt erop dat een land wordt bestuurd door een Koninklijke familie.
De “Islamitische Republiek Iran” werd gesticht nadat er in Iran een volksopstand plaatsvond. Vlak hiervoor werd de Shah van zijn troon gestoten door het volk, die werd verenigd door het woordje “Islamitisch”. De meeste burgers: sjiieten en soennieten, steunden de anti-Shah-beweging door deze benaming die alle Iraniërs zou moeten verenigen.
We zullen nu de Koninkrijk vergelijken met de Republiek.

Khamenei en Al-Saud: twee handen op een buik wat betreft het onderdrukken van hun burgers. Maar Khamenei blijft vele malen onmenselijker.
Samenstelling burgers:
Iran telt ongeveer 80 miljoen inwoners. Hiervan zijn volgens de meest correcte schattingen tussen de 18 en 24 miljoen soennieten (20%). Zij leven vooral in de grensgebieden. Een zeer groot deel van de soennieten komt uit Iraans-Koerdistan, Ahwaz, Sistan-Baluchistan en Tehran. Het Iraanse regime claimt dat dit aantal natuurlijk veel lager is, zodat ze “minder rekening” hoeven te houden met de minderheid tijdens verkiezingen etc.. Een koud kunstje dat we kennen van andere dictatoriale regimes.
Saudi-Arabië telt ongeveer 16 miljoen inwoners. Hiervan noemt 14 tot 15% zichzelf sjiiet (Vali nasr, Lionel Beehner/Council on Foreign Relations, Saudi Shia Press for Rights, BBC). De meeste Saudische sjiieten wonen in het Oosten van Saudi-Arabië.
Werkgelegenheid in Iran en Saudi-Arabië:
In Saudi-Arabië worden alleen de primaire bestuurselementen weggegeven aan vooraanstaande leden van de Koninklijke familie. Voor de minder belangrijke posten binnen de overheid en het landelijke bestuur is de enige eis dat men de Saudische nationaliteit draagt; de stroming (sjiiet of soenniet) maakt hierbij niets uit.
Saudische sjiieten zijn werkzaam in tal van departementen binnen de Saudische overheid. Ze krijgen banen aangeboden in het Leger en andere veiligheidsapparaten; tot voor kort was de hoogste politiechef in Medina een Saudische sjiiet. De Saudische ambassadeur in Tehran en de Saudische consul in Mashhad zijn beide Saudische sjiieten. Van de 150 leden van de hoogste Saudische adviesraad zijn er 5 sjiiet.
In tegenstelling tot Saudi-Arabië, worden Iraanse soennieten vaak ondervraagd (om hun geloof) voordat ze een baan zoeken. Belangrijke posten zijn verboden voor soennieten. De soennieten die alsnog hoog op de ladder klimmen krijgen vrij nietszeggende posten en gelden dan als een “nummertje” die de soennitische bevolking zou moeten sieren.
Tijdens en na de “Islamitische Revolutie” steunden Iraanse soennieten de opstand massaal. Ondanks dit alles, hebben de soennieten na de val van de Shah nooit een ministerspost, vide-ministerspost, ambassadeur of lid van een Iraanse ambassade, vice-president of gouverneur van een Iraanse Provincie (zelfs niet van provincies waar ruim 90% van de burgers soenniet zijn!) toegezegd gekregen! Iraanse soennieten die zich aanmelden voor het leger kunnen zichzelf nooit ontplooien; ze zullen het de rest van hun leven moeten doen met de rang als soldaat.
Laten we een Iraanse Provincie nemen waarbij de meerderheid soennitisch is: Sistan-Baluchistan. De soennieten van de 100 hoogste posten zijn er maar 5 soenniet. Verder is er geen enkele soennitisch lid aanwezig in de Provinciale Veiligheids Raad. Van de Provinciale Interne Raad zijn 13 van de 170 leden soenniet. De Opperste Raad (Shura Negahban) en andere vooraanstaande departementen hebben precies 0 soennitische leden.
“Ben je een sjiiet of een soenniet?” Deze vraag krijgen de onderdrukte burgers in de meeste departementen te horen. Zelfs in ziekenhuizen worden deze vragen wel eens gesteld in gebieden waar veel soennieten wonen.
Problemen omtrent de religieuze zaken:
We hebben gezien dat het de soennieten in Iran erg moeilijk, zo niet onmogelijk wordt gemaakt om een hoge post te krijgen.
Het wordt ze tevens onmogelijk gemaakt om aanspraak te doen op enkele constitutionele civiele en religieuze rechten, voor de ruim 1 miljoen soennieten in Tehran is het verboden om een soennitische moskee te bouwen terwijl de Joden en andere (veel kleinere) minderheden wél hun eigen gebedshuizen mogen runnen in Tehran, het verbod op het gezamenlijk bidden van de Aid gebeden in megasteden; allemaal zaken die men niet kan negeren.
De sjiieten in Saudi-Arabië hebben echter een “Grand Mosque” in Riyadh waar ze bijvoorbeeld hun vrijdagpreken kunnen houden. Over heel Saudi-Arabië heb je eigen sjiitische “gebedshuizen” wanneer er sjiieten wonen; in Medina hebben de sjiieten zelfs een “Hussayniah” (sjiitische tempel), genaamd Imam Bargah. Dit tempel werd ingehuldigd door niemand minder dan de ex-president van Iran, Akbar Hashemi Rafsanjani.
In Iran leven de meeste soennieten in de grensgebieden, waardoor ze een vrij zwakke positie hebben. In Saudi-Arabië zijn de meeste sjiieten geassimileerd.
Iedereen die een objectief oordeel wilt vellen over dit onderwerp, moet concluderen dat de SJIIETEN in het KONINKRIJK vele malen beter uit zijn dan de SOENNIETEN in de “ISLAMITISCHE REPUBLIEK”.
Iraanse Pro-regime entiteiten kunnen, indien ze oprecht zijn, de situatie van Iraanse soennieten vergelijken met die van de sjiitische minderheden in Saudi-Arabië, Pakistan en Afghanistan. Onze conclusie is dan ook de meest oprechte en meest eerlijke die men kan doen.
Sjiieten in Pakistan en Afghanistan:
Een oogwenk richting deze twee landen toont ons aan dat ook hier de sjiieten het veel beter hebben dan de soennieten in Iran. Sjiieten hebben hier posten toegezegd gekregen als vice-president, gouverneurs en ministers. De Pakistaanse president (Asif Ali Zardari) is (was/2014) een sjiiet. Vooraanstaande posities binnen het Pakistaanse leger en veiligheidsdienst zijn eveneens bezet door sjiieten. In de hoofdsteden kennen zij, in tegendeel tot de soennieten in Tehran, hun eigen gebedsplaatsen.
Tot slot willen we jullie er op wijzen dat het regime in Iran, ondanks haar naam, alles behalve “Islamitisch” is. Zowel de Saudische alsook de Iraanse overheden zijn dictaturen.
Senad&Abduljabbar. © 2014